WAT ZEGT DE WET ?
De wettelijke regels kennen omtrent aanplantingen is geen overbodige luxe.
Problemen worden immers beter voorkomen dan genezen.
De regels staan beschreven in het “Veldwetboek”, een document dat voor het eerst werd gepubliceerd in 1886 en sindsdien weinig is aangepast. We sommen hieronder de belangrijkste zaken op waar best rekening mee wordt gehouden :
PLANTAFSTANDEN :
Hoogstammige bomen :
- Minimum plantafstand tot de perceelsgrens = 200 cm (midden stam)
Half- en laagstammenhagen :
- Minimum plantafstand tot de perceelsgrens = 50 cm
Fruitbomen (leivorm) :
- Mogen tot tegen de perceelsgrens geplant worden.
Leibomen
- Leibomen (met uitzondering van leifruit) worden niet specifiek vermeld in het Veldwetboek en daardoor is er ruimte voor interpretatie en discussie :
- 50 cm van de perceelsgrens: indien ze als haag worden aanzien
- 200 cm van de perceelsgrens: indien ze als hoogstam bomen worden aanzien.
Klimophagen :
- Waar de wet een onderscheid maakt tussen levende hagen (plantafstand 50 cm) en ‘dode’ afsluitingsmaterialen zoals draadafsluitingen (tegen de perceelsgrens), vormt klimop een uitzondering. Het is immers wel een levende haag, maar ze heeft de steun nodig van een ‘dode’ afsluiting zoals een draadafsluiting om te kunnen groeien. Daarom wordt toegestaan dat klimop tegen de perceelsgrens wordt geplaatst.
ANDERE BELANGRIJKE REGELS :
- Staat een hoogstam boom dichter dan 200 cm van de perceelsgrens, maar is hij ouder dan 30 jaar, dan vervalt het recht om velling te eisen.
- Overhangende takken wegzagen van een boom die bij de buren staat is verboden ! Wel kan dit gevraagd worden, of mits argumentatie opgelegd worden via het Vredegerecht.
- (Boom)wortels die van bij de buren komen mogen wél verwijderd worden zonder toestemming.
- Vruchten plukken van overhangende takken maar waarbij de boom bij de buren staat is verboden. Afgevallen vruchten oprapen en opeten is wél toegelaten.
- Ladderrecht : Om een eigen haag te kunnen snoeien is het toegelaten de eigendom van een buur te betreden, tenzij deze duidelijk is afgebakend (draadafsluiting, houten panelen,…). In dat geval moet eerst uitdrukkelijke toestemming verkregen worden.
- Plantafstanden zijn in principe algemeen geldend. Plaatselijk kunnen echter soms kleine afwijkingen voorkomen. Contacteer bij twijfel dus zeker de stedenbouwkundige dienst van de betreffende gemeente.
- Vooral in verkavelingen gelden vaak extra regels met betrekking tot plantensoorten en/of hoogtes van hagen en bomen. Vraag dit steeds na bij de betrokken gemeentediensten !